De provincie Zuid-Holland moet met het Rijk duidelijke afspraken maken om de zoetwatervoorziening in Zuid-Holland te waarborgen. Dat vindt de meerderheid van Provinciale Staten. VVD, CDA, SP, D66, PVV, CU-SGP, 50PLUS
en fractie Erbas riepen het college woensdag 26 februari 2014 in een motie op om in actie te komen.
De partijen maken zich zorgen, omdat de zoetwaterverdeling over de verschillende landsdelen niet door het Rijk is vastgelegd. Voor de Zuidwestelijke Delta levert dat door de toenemende verzilting grote risico’s op. Lange tijd werd gedacht dat die verzilting kon worden gecompenseerd met zoetwater uit de rivieren, maar het lijkt erop dat de rivieren niet voldoende kunnen aanvoeren.
Omdat voldoende zoetwater essentieel is voor de Zuid-Hollandse drinkwatervoorziening, economie en natuur, willen de gezamenlijke partijen nu dat Gedeputeerde Staten in actie komen. Het college moet met de minister in gesprek gaan om afspraken te maken over de zoetwatervoorziening en over bijsturing als de chloridegehaltes te hoog worden. De bedoeling is dat die afspraken op papier staan vóór ontwikkelingen in gang worden gezet die een verziltend effect kunnen hebben, zoals de verdere verdieping van de Nieuwe Waterweg.
De partijen roepen het college ook om op de minister te vragen bij toekomstige ontwikkelingen een brede afweging te maken waarbij regionale effecten in het watersysteem en de economie worden meegenomen. Daarbij is speciale aandacht voor de drinkwatervoorziening bij calamiteiten vereist. Het college moet daarnaast in het Deltaprogramma zelf vinger aan de pols houden.