De gemeenten Schouwen-Duiveland (€ 75.000) en Goeree-Overflakkee (€ 75.000), de provincies Zeeland (€ 15.000) en Zuid-Holland (€ 75.000) en de ondernemers (€ 10.000) op en rond de Brouwersdam doen een aanbod van € 250.000 aan Rijkswaterstaat voor zandsuppletie bij de Brouwersdam. De samenwerkende partijen willen hiermee bereiken dat Rijkswaterstaat besluit een deel van het zand, dat in het suppletieprogramma 2012 – 2016 is gereserveerd om het kustfundament mee te laten groeien met de zeespiegelrijzing, in te zetten op en langs de Brouwersdam. Zij hebben grote (economische) belangen bij het behouden van het Noordzeestrand. Suppletie zorgt ervoor dat de zandplaat weer zo groot wordt als circa tien jaar geleden.
Wat gebeurt er
Als Rijkswaterstaat het aanbod van de betrokken partijen accepteert, komt er circa 500.000 m3 vrij voor een suppletie van het strand bij de Brouwersdam. Door het gezamenlijke aanbod kan een deel van de meerkosten worden gedekt, die ontstaan doordat het zand niet onder water wordt aangebracht, in het kustfundament, maar als uitbreiding van het droge strand.
Wat is er aan de hand
Al jaren wordt het Noordzeestrand kleiner en lager. Partijen streven ernaar om van de Brouwersdam een internationale hotspot voor dag- en verblijfsrecreatie te maken. Het behouden en zo mogelijk vergroten van dit strand draagt hier aan bij. Ook ondernemers met strand- en watergebonden activiteiten worden ernstig bedreigd in hun voortbestaan. Om deze reden hebben de partijen de intentie uitgesproken om een bijdrage te leveren aan het financiële aanbod aan Rijkswaterstaat.
Tijdelijke oplossing
Uiteraard is het toepassen van zandsuppletie een tijdelijke oplossing. De partijen streven ernaar dat, indien de getijdencentrale in 2020 wordt gerealiseerd, er een structurele en duurzame oplossing komt voor de strandafslag. Door nu zandsuppleties toe te passen is het Noordzeestrand in ieder geval tot 2020 gered.