Op donderdag 31 augustus stond de recreatievisie op de agenda in de oordeelsvormende fase. De SGP heeft het afgelopen jaar vele gesprekken gevoerd met burgers, organisaties en burgercomités om input op te doen. Een aantal vragen blijven over. In de bijdrage van Raadslid C.G.M. Grinwis kwamen die aan de orde. Besloten is dat deze vragen schriftelijk door het college worden beantwoord, zodat deze in de volgende vergadering, wederom in de oordeelsvormende fase behandeld kunnen worden. Hieronder de integrale bijdrage:
‘Voor ons ligt de recreatie visie. De visie heeft lang op zich laten wachten, vanuit onze fractie maar vooral maatschappelijk was er grote behoeft aan deze visie die duidelijkheid moet gaan geven aan burgers en ondernemers waar we naartoe willen. De vele plannen die onlangs zijn gerealiseerd en nu nog in uitvoering zijn gaven een incompleet beeld en schepte verwarring en onrust bij onze inwoners maar ook bij allerlei initiatiefnemers.
We hopen dat er straks een visie ligt die kaders aangeeft voor verdere uitwerkingsplannen. Deze visie zien wij als fractie van de SGP dan ook als een aanzet op hoofdlijnen. Verdere uitwerking is noodzakelijk. Als SGP-fractie vinden wij het van groot belang daar nauw bij betrokken te blijven.
Wij vinden het van belang dat de gemeente de regie neemt in de verdere uitwerking en daarbij belangen van alle stakeholders evenwichtig mee laat wegen. Dat willen wij benadrukken omdat de rol van de VEERO en SMART WATER om er maar eens een paar te noemen voor ons onduidelijk is, ik kom daar nog op terug. Wat ons betreft voert de gemeente de regie en biedt het college de stukken aan.
Kan het college aangeven hoe dit proces een vervolg gaat krijgen en welke rol men daarin ziet voor ons als raad?
Voor de aanpak van de totstandkoming van de visie spreken wij waardering uit. Er zijn diverse sessies geweest met stakeholders en burgerinitiatieven. Potenties, Zorgen en Belangen zijn onderling uitgewisseld. Het luisterend oor was er en dat waarderen wij als fractie. Wat dat aangaat complimenten daarvoor, wij kunnen niet genoeg benadrukken dat dit van groot belang is. Ook als SGP-fractie hebben wij daar de nodige aandacht aan proberen te geven door in gesprek te gaan met de burgers en diverse comités. Het gaat in dit soort vraagstukken om draagvlak, draagkracht, elkaar de ruimte gunnen en open staan voor elkaars standpunten en belangen. Zo bouwen we aan de samenleving van ons mooie eiland waarbinnen inwoners en recreanten zich thuis kunnen voelen in harmonie. Het gaat in onze optiek om het vinden van de juiste balans.
Han Verheijden is als consultant in de arm genomen om tot deze visie te komen. Hij kent het gebied al geruime tijd. Dat heeft geleid tot heldere feiten over onze eilanditeit. Ons DNA, onze inwoners, ons karakteristieke landschap, onze kernwaarden, kust rust en ruimte maar ook identiteit, onze kwaliteiten, onze pareltjes, ze zijn helder en klaar in beeld gebracht. Op basis daarvan zijn waardevolle adviezen meegegeven, veranderingen vragen om proportionaliteit, vragen om het nemen van voldoende tijd en de juiste balans en draagvlak onder onze inwoners. De sterktes en aandachtspunten zijn op die wijze goed in kaart gebracht.
Als SGP-fractie vinden wij dit van groot belang en roepen het college op deze waardevolle aanbevelingen vast te houden zodat deze visie tot een succes kan worden. Laat dat de uitgangspunten zijn voor de verdere uitwerking.
Ook zwaktes zijn benoemd en het is van groot belang om die met verve op te gaan pakken en uit te werken tot daadkrachtig beleid. Een aantal wil ik er noemen.
- De problematiek van het onjuiste gebruik van recreatiewoningen.
- Het tegengaan van verpaupering van de huidige accommodatie voorraad
- De basis van het recreatief ondernemerschap moet op peil worden gebracht.
- Nieuwe initiatieven moeten kleinschalig zijn en vooral gericht op verplaatsing, clustering, herinrichting en kwaliteitsverbetering. Versterk vooral wat je hebt, nieuwe initiatieven zijn niet direct nodig.
- Eiland brede spreiding van de recreatiesector
Dat wordt een ware uitdaging.
De visie is in onze beleving opgedeeld in twee stukken, in het eerste stuk een heldere analyse van ons DNA en belangrijke aanbevelingen, het tweede deel geeft een toekomstbeeld van waar we naartoe willen. In onze beleving sluit het tweede deel niet naadloos aan op het eerste deel, soms komen we zelfs tegenstrijdigheden tegen. Dat moet wat ons betreft anders.
Binnen de visie is een zoneringskaart opgenomen. Hierin is aangegeven waar het college ruimte ziet voor toekomstige ontwikkelingen. Voor ons als SGP-fractie schept dat onduidelijkheid. Graag willen we toelichting hierop. De legenda is niet volledig, met name de rood gevlekte zone over de kern Ouddorp roept vragen bij ons op.
Welke mogelijkheden worden geboden, waar liggen de grenzen?
Duidelijke kaders daarin missen wij.
Welke initiatieven heeft u voor ogen?
In uw aanbiedingsbrief onder 1.10 heeft u het over een uitnodigend ontwikkelingskader voor nieuwe verblijfsontwikkelingen, grootschalige initiatieven, ze worden expliciet genoemd naast kleine initiatieven waarvoor minder randvoorwaarden nodig zijn. Hoe moeten wij dat zien?
Waar ziet het college de ruimte voor dit soort grootschalige initiatieven en hoe verhoudt dat zich tot die waardevolle aanbevelingen die ik eerder noemde?
Wat ons betreft ontbreekt het nu aan heldere grenzen.
Er is een groei ambitie voor de recreatie sector vermeld, een forse van 2014 tot 2025 een groei van 100%, 33 miljoen in dagtoerisme 77 miljoen in verblijfstoerisme.
Deze cijfers vinden hun oorsprong uit smart water. Hoe moeten we rol van smart water hierin zien. Is er een onderbouwing voor deze groei en wordt noodzakelijkheid daarvan aangetoond?
Als eiland hebben we prachtige evenementen die gedragen worden vanuit de samenleving. Veelal lokale initiatieven waarbij de toerist in de lokale cultuur wordt ondergedompeld, ik haal er een aantal vanonder het stof voor het college, de omloop van GO, de Havendag Middelharnis, Vlaggetjesdag Stellendam, Trekkertjesdag in de Oostdijk, boerenlanddag in Ouddorp en nog vele meer. En ik ben er van overtuigd dat ik er nog vele ben vergeten. Uit deze evenementen komt ten volle naar boven wie en wat wij zijn als GO. Waarom dan een evenement aangrijpen als voorbeeld welke plaatsvindt in onze buurgemeente is ons echt een raadsel? Graag toelichting daarop
Omzetgroei in dagtoerisme vraagt om investeringen, 25 miljoen voor iconische projecten die Ouddorp een andere reputatie geven.
De vragen die daarbij opkomen zijn de volgende, welke reputatie heeft Ouddorp nu, naar welke reputatie moet Ouddorp toe?
Is daar draagvlak voor onder de inwoners. Is daar draagkracht voor gezien vanuit lokale voorzieningen, bijvoorbeeld infrastructuur. Zijn de maatschappelijke consequenties in kaart gebracht? Hoe denkt het college dat dit gaat passen binnen de samenleving zonder dat daardoor de balans wordt verstoord?
Binnen de stakeholders overleggen was er zorg over een goede spreiding van toerisme over het eiland. Hoe verhoudt zich dat ten opzichte van elkaar?
Binnen deze overleggen is duidelijk aangegeven “GEEN ICONISCHE PROJECTEN”. Vanwaar dan toch deze ambitie?
Wij missen de onderbouwing voor de groei de noodzaak daarvan en maatschappelijke impact. Graag zien we die onderbouwing tegemoet?
Hoe verhouden grootschalige iconische projecten zich tot rust en natuurwaarden en infrastructuur?
Voor verblijfsrecreatie is een ambitieuze groei van 77 miljoen voorzien. Deels door efficiency en het vraagt 700 wintervaste verblijfseenheden extra.
Hoe moeten we die eenheden zien? Waar en wanneer moeten die gerealiseerd gaan worden?
Ook hier weer de vraag, nut en noodzaak aan te tonen van deze groei, evenals de maatschappelijke impact die het vergt?
Als goede gastheer hebben we voldoende jaarrond voorzieningen nodig voor onze gasten als we insteken op een jaarrond recreatie. Hoe gaat het college dat invullen?
De recreatie, en dan spreek ik met name over de kop, heeft tot nu toe een goede balans gekend tussen onze inwoners en recreanten. Dat is van groot belang voor het draagvlak en hechten wij zeer aan. Recente ontwikkelingen laten zien er een vermenging optreedt door de toelating van B&B’s binnen de kern waarvan er tientallen zijn bijgekomen en op een aantal locaties zelfs leidt tot oneigenlijk gebruik als vakantiewoning. Het gevaar van verdringing van de woonfunctie wordt een reel punt van zorg. Randvoorwaarden dienen aangescherpt te worden en handhaving is noodzakelijk waar het ontspoort. Ook de oproep voor RB&BS is voor ons een punt van zorg. Wij roepen het college op mate en balans te betrachten, wonen en recreatief verblijven, zeker op de kop, gescheiden te houden.
Los van het feit dat het wat ons betreft niet wenselijk is vragen wij het college of de consequenties goed in beeld zijn als de reguliere woonfunctie wordt vermengd met recreatie, die zouden we graag in kaart gebracht zien!’